Hockey uitgelegd

Een keeper is de speler die het doel verdedigt. Een keeper zorgt er voor dat er geen doelpunt wordt gemaakt door de tegenstander. Een keeper heeft een uitgebreide uitrusting om het lichaam te beschermen tegen de harde bal. De uitrusting bestaat onder andere uit een stevige helm, borstbeschermer, legguards, broek en handschoenen.

Een push is het over de grond verplaatsen van de bal. Bij een push zet de speler de stick tegen de bal, en duwt als het ware de bal over de grond om deze te verplaatsen. Hoe krachtiger de duw, hoe verder en harder de bal komt. De haak van de stick en de bal zijn beide in contact met de grond.

Een strafcorner is een hoekslag binnen de cirkel. Een strafcorner wordt toegekend wanneer een team een overtreding maakt binnen het 23-metergebied. De tegenstander mag dan een strafcorner nemen, waarbij de bal op de achterlijn naast het doel de bal de cirkel in speelt. De medespelers staan net buiten de cirkel, klaar om de bal aan te nemen en zo snel mogelijk het doel in te schieten. Een strafcorner wordt dan ook gezien als een mooie kans om een doelpunt te scoren.

Een corner is het uitnemen van de bal op de 23-meterlijn. Een corner wordt genomen wanneer de bal uit is gegaan in het 23-metergebied.

Scoren is het maken van een doelpunt.